Voor een gezonde begroting is het van belang dat voor elke jaarschijf van de (meerjaren)begroting afzonderlijk sprake is van een structureel sluitende (meerjaren) begroting.
Hiervoor wordt eerst het structurele begrotingssaldo (bedrag in €) berekend door de totale exploitatie te corrigeren met de incidentele baten en lasten. Hierbij wordt ook rekening gehouden met de (incidentele) onttrekkingen en toevoegingen aan reserves. Over het algemeen geldt dat een exploitatie flexibeler is bij een voordelig begrotingssaldo, waarbij de structurele baten dus hoger zijn dan de structurele lasten.
Onderstaande tabel geeft de berekening van het structureel begrotingssaldo weer:
Bedragen x € 1.000 | ||||
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
Saldo van baten en lasten | 560 | -6.225 | -1.638 | -333 |
Saldo van toevoegingen en onttrekkingen aan reserves | 1.874 | 7.692 | -1.194 | -270 |
Begrotingssaldo na bestemming | 2.434 | 1.467 | -2.832 | -603 |
AF: incidentele baten en lasten (saldo) | -2.373 | -3.119 | -3.273 | 8 |
Structureel begrotingssaldo | 4.807 | 4.586 | 441 | -611 |
Vervolgens wordt de structurele exploitatieruimte bepaald. Dit kengetal is één van de vijf kengetallen, vanuit het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) voorgeschreven, die het gemakkelijker moet maken inzicht te verkrijgen in de financiële positie van de gemeente. Voor een beschouwing van alle BBV-kengetallen samen verwijzen we naar het onderdeel 'Financiële kengetallen'. De structurele exploitatieruimte wordt uitgedrukt in een percentage en geeft aan of de begroting structureel en reëel in evenwicht is. Hiermee wordt beoordeeld welke structurele ruimte er is om de eigen lasten te dragen, of welke structurele stijging van de baten of structurele daling van de lasten daarvoor nodig is. Wanneer dit percentage negatief is, betekent dit dat het structurele deel van de begroting onvoldoende ruimte biedt om de lasten te blijven dragen.
Voor de berekening van de structurele exploitatieruimte bepalen we eerst de structurele lasten, de structurele baten en de structurele toevoegingen en onttrekkingen van reserves:
Bedragen x € 1.000 | ||||||||||||
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |||||||||
lasten | baten | saldo | lasten | baten | saldo | lasten | baten | saldo | lasten | baten | saldo | |
Totale lasten en baten | 509.525 | 510.091 | 566 | 497.073 | 490.850 | -6.223 | 474.806 | 473.169 | -1.637 | 472.778 | 472.444 | -334 |
af: Incidentele lasten en baten | 44.218 | 48.123 | 3.905 | 33.464 | 19.652 | -13.812 | 13.685 | 22.307 | 8.622 | 5.166 | 6.654 | 1.488 |
Structurele exploitatie | 465.307 | 461.968 | -3.339 | 463.609 | 471.198 | 7.589 | 461.121 | 450.862 | -10.259 | 467.612 | 465.790 | -1.822 |
toevoeging | onttrekking | saldo | toevoeging | onttrekking | saldo | toevoeging | onttrekking | saldo | toevoeging | onttrekking | saldo | |
Totale mutaties reserves | 42.292 | 44.166 | 1.874 | 22.963 | 30.655 | 7.692 | 21.023 | 19.829 | -1.194 | 17.555 | 17.285 | -270 |
af: verschuivingen tussen reserves | 27.170 | 27.170 | - | 12.731 | 12.731 | - | 8.214 | 8.214 | - | 8.028 | 8.028 | - |
af: reserves Incidentele lasten en baten | 14.649 | 8.371 | -6.278 | 5.490 | 16.183 | 10.693 | 14.391 | 2.496 | -11.895 | 5.931 | 4.452 | -1.480 |
Structurele toevoeging en onttrekkingen aan reserves | 473 | 8.625 | 8.152 | 4.742 | 1.741 | -3.001 | -1.582 | 9.119 | 10.701 | 3.596 | 4.805 | 1.210 |
De volgende stap is de berekening van de structurele exploitatieruimte. Dit percentage wordt bepaald door het saldo van alleen de structurele lasten en baten (dus exclusief de incidentele baten en lasten) op te tellen bij het saldo van de structurele toevoegingen en onttrekkingen aan reserves en dit te delen door de totale baten. Een positief percentage betekent dat de structurele baten toereikend zijn om de structurele lasten te dekken.
Bedragen x € 1.000 | ||||
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
A Structurele lasten | 465.307 | 463.609 | 461.121 | 467.612 |
B Structurele baten | 461.968 | 471.198 | 450.862 | 465.790 |
C Structurele toevoeging aan reserves | 473 | 4.742 | 1.582- | 3.596 |
D Structurele onttrekking aan reserves | 8.625 | 1.741 | 9.119 | 4.805 |
E Totale baten | 510.091 | 490.850 | 473.169 | 472.444 |
Struct. exploitatieruimte ((B-A)+(D-C))/E x 100% | 0,9% | 0,9% | 0,1% | -0,1% |
De structurele meerjarige lasten zijn nagenoeg volledig gedekt door de structurele baten of door onttrekkingen uit egalisatie- of financieringsreserves. De tabel laat een structurele exploitatieruimte zien variërend van 0,9% in 2020 tot -/- 0,1% in 2023. Voor de jaarschijf 2023 is de structurele exploitatieruimte licht negatief. Voor het oplossen van dit tekort zijn in 2023 nog oplossingen voorhanden.